swellendam, oudtshoorn, little brak river, knysna

Om te beginnen eerst een kleine update over mijn indrukken hier in Zuid-Afrika. Het rijden links, met het stuur aan de rechterkant gaat goed. Heb nog geen vergissingen gemaakt, en ook op de rotondes ga ik linksom. Er zijn hier erg veel stopborden, dus we moeten best vaak stoppen. En eerlijk gezegd weten we dan nog niet wie er eigenlijk voorrang heeft. In kaapstad heb ik vaak genoeg de hellingproef kunnen oefenen en deze gaat toch ook best goed!

Het weer is erg lekker, we hebben veel zon en de temperatuur is meestal rond de 27 graden.

De afrikanen zijn erg vriendelijk, open en gastvrij. Ze zijn erg sociaal en makkelijk mee te praten. Wanneer ze langzaam (of stadig in het Afrikaans) praten zijn ze erg goed te volgen. Vooral het lezen lijkt erg op het Nederlands, de uitspraak kan nogal verschillen. Potjie, wordt bijvoorbeeld uitgesproken als ‘poykie’. In het Slave Lodge museum in Kaapstad heb ik geleerd hoe het Afrikaans is ontstaan.Tijdens de jaren van de VOC, kwamen er velen mensen uit veel verschillende landen naar de kaap, en ze moesten allemaal Nederlands spreken. Omdat ze dit allemaal niet konden, is er het Afrikaans uit gekomen. Veel dorpen maar ook geschreven teksten lijken dan ook erg op het Nederlands. Voorbeelden van dorpen hier: Ermelo, klein brak rivier (hier zijn we nu), bronkhorstspruit (hier gaan we uiteindelijk de 4 maanden van ons onderzoek doorbrengen), en er is zelfs een stadje dat utrecht heet.

Dinsdag zijn we vanuit kaapstad naar Mosselbaai vertrokken. Eerst hebben we nog lekker gewandeld in de botanische tuin, Kirstenbosch, die mooi tegen de tafelberg aanligt.

Daarna verder richting Mosselbaai, alleen schoot het niet op en hebben we de reis onderschat. Dus besluiten we onderweg toch maar te stoppen in Swellendam. Hier is zijn veel kaap Hollandse huizen te vinden die onder Nederlands bewind gebouwd zijn. Erg mooi! We logeren hier in een grappig hostel. Dit ligt op een groot stuk grond, waar men ook kan camperen. Hier staat een krot, wat gebouwd is met glasplaten. Dit is de dorm waar wij slapen. In het hostel krijgen we een traditionele maaltijd, boboti. Dit is in tegenstelling tot het Knorr wereldgerecht meer een ovenschotel. Als toetje krijgen we malva pudding, dit is een soort hartig taartje met vanille pudding. Daarna gaan we bij een kampvuurtje zitten en savonds proberen we te slapen tussen alle insecten om ons heen. Het geeft een kampeergevoel.

De volgende dag rijden we dan met de auto verder naar Mosselbaai, ook het tanken gaat goed hier. Er is een pompbediende die het voor je doet, en die je ramen wast en je betaalt ook direct aan diegene. Onderweg zien we ook 2 olifanten, maar niet van heel dichtbij. Naast Mosselbaai (Dit is trouwens het begin van de gardenroute die wij gaan volgen) ligt klein brak rivier. Hier hebben wij een hostel, we krijgen een upgrade, een luxe tweepersoonskamer met tv en wifi. Het is een mooie lodge dichtbij de Indische oceaan (die ik hier voor het eerst zie). Hier gaan we in de middag ook meteen aan het strand liggen. Heerlijk een dagje gerelaxt na de drukke maar leuke eerste week waarin we al zoveel gedaan en gezien hebben! Savonds gaan we lekker uiteten in het kleine dorp… We gaan die 200 meter maar met de auto, omdat het zo donker en uitgestorven is. We gaan naar het enige restaurant in het dorp, dit ligt aan het spoor en hier liggen drie krotten, waarin restaurants zijn, met een aankleding vanuit de jaren 1900. Er is maar 1 ober/kok.

De volgende dag rijden we een dagje naar Oudtshoorn. Dit is een plaatsje dat bekend staat om zijn struisvogelboerderijen en mooie grotten. Over mooie bergpassen rijden we erheen, mooie, smalle weggetjes met veel bochten (erg leuk om te rijden). Onderweg hebben we ook 2 zebra’s en een groepje antilopes gespot in het wild. Eerst bezochten we de Cango grotten. Deze zijn in de 19^e eeuw ontdekt door een Nederlander. Hier bevinden zich veel stalagmieten en stalactieten. De beroemdste uit deze grot is de cleopatra’s needle. Dit heeft een grote stalagmiet (dit is wat uitsteekt vanaf de grond) en een kleine stalactiet (komt van ‘het plafond’ van de grot). We hebben daar rondgelopen met een gids, die ons meerdere kamers met deze mooie stalactieten en stalagmieten heeft laten zien. Er waren er erg veel, wat een mooi plaatje gaf. We hebben 1 kristallen stalagmiet gezien. Een stalagmiet komt nooit zonder een stalactiet, deze staan onder elkaar en wanneer ze naar elkaar groeien, kunnen ze ook aan elkaar groeien, en zullen deze ook in de breedte groeien. Ook hebben we een devil (nevil de devil) gezien in de grot, en een heilge steen, met een bijbel, kruis, halve vleugel en een heilig wit stuk. Toen was het tijd om een struisvogelboerderij te bezichtigen, we hadden er onderweg al zoveel gezien. Een struisvogelboerderij heeft meerdere soorten struisvogels, zo is er een met twee en een met drie poten. Die poot is ook het gevaarlijkst als een struisvogel je aanvalt. Je moet dan niet wegrennen, want een struisvogel kan wel 60-80 km/u rennen voor 3.5 uur lang. En dan haalt ie met zn grote scherpe teen je helemaal open van top tot teen. Wat je het beste kan doen is met je buik op de grond liggen en dan zal hij wel op je lopen, plassen en stampen, maar je gaat er niet dood aan. Allereerst zagen we de jonkies. Er was er zelfs een net uit z’n ei gekomen. We mochten deze jonkies ook vasthouden (onderkant buik en aan de nek). Daarna kan je ook op een struisvogel rijden, heb ik maar niet gedaan. En hebben we een show gezien van een echte jockey die liet zien hoe je op een struisvogel rijd. Eerst doe je een hoedje over z’n gezicht zodat ie niks kan zien, dit werk kalmerend. En als je eenmaal erop gesprongen bent, haal je het hoedje weg en rent ie als een gek, met z’n vleugels kun je sturen. Daarna hebben we wel nog op grote struisvogeleieren gestaan. Detail: vrouwen wilden vroeger allemaal graag struisvogelveren in hun haar. Het klinkt allemaal erg toeristisch, maar ik heb me erg vermaakt op deze boerderij.

Onze volgende slaapstop is Knysna (uitspreken zonder k). Maar als we hier komen doen we iets raars. We denken dat we er zijn, en we zien iemand naar buiten rijden vanaf de parkeerplaats. Ze houdt het hek nog voor ons open, en als we geparkeerd hebben, sluit ze het hek weer. We lopen het ‘hostel’ binnen maar kunnen niemand vinden. Heel raar, het is compleet leeg, geen receptie of iets. Maar erger nog. We komen er niet uit. Geen deur leidt naar een uitgang. Dan bellen we maar naar het hostel wat we geboekt hadden, en dan komt de manager ons halen en ook de auto krijgen we bij het juiste hostel geparkeerd. Het was het hostel ernaast, haha. Deze manager was een beetje een rare vogel en leek elke dag te feesten, en veel te drinken. Bij dit hostel ontmoeten we twee leuke Nederlanders tegen met wie we savonds met andere mensen naar een openingsfeest gaan van een nieuw hostel in Segdefield, een andere kustplaats langs de garden route, zo’n 20 km van knysna. We werden opgehaald en teruggebracht door de eigenaar van het hostel.

Segdefield is een klein dorp, na het feest gingen we nog naar de bar van het dorp, hier was een soort van grote open kamer met een bar, waar de mensen zowel buiten als binnen stonden te drinken. Erg grappig, hebben hier ook kennisgemaakt met de relaxte zuid-afrikanen uit de buurt. Die gitaar voor ons hebben gespeeld. Die dag zelf was het in Knysna niet zo’n mooi weer, en wilden we een wandeling maken. Erg grappig, wij naar het bos gereden waar een uitgestippelde route was. Hebben we hier een kwartier gelopen over een houten aangelegd wandelpad. Toen nog maar even het dorpje verkend. Knysna is een leuk en gezellig dorpje met veel restaurantjes en barretjes.

De volgende dag sochtends vroeg op om te gaan kanoen op de goukamma rivier. Erg mooie rivier met veel bos eromheen. We doen dit met een gids. Detail is dat zelfs de koeien nog gescheiden leven, zwarte koeien aan de ene kant van het hek en de blanke aan de andere kant. Blijkbaar eten we hier de zwarte koeien en worden de andere gebruikt voor melk. Deze tocht is 6 km en halverwege pauzeren we in het weiland tussen de koeienstront. Hierna is het tijd om lekker een middagje op het strand te liggen in buffelo bay (zo’n 10 km verderop), toch fijn dat we een auto hebben want zo kunnen we overal makkelijk heen rijden. Goed gesmeerd, dus gelukkig niet verbrand, maar ik ben ook nog niet zo bruin als de rest hier. Het is een lekker warm en zonnig dagje. Het hostel heeft ook een gratis activiteit, we gaan naar “de Knysna’s heads” Dit zijn bergen in Knysna die een inham maken in de zee, waardoor de baai ontstaat. In deze wijk staan allemaal dure villa’s. en aan de andere kant van de baai in de bergen ligt de Knysna Township, hier gaan we ook naartoe met het idee dat deze mensen een betere plek hebben eigenlijk dan deze villa’s met een mooier uitzicht en dat voor hun niet geldt dat ze een slechte grond hebben gekrgen. Vroeger kregen de zwarte mensen de slechte stukken grond toegewezen om daar te gaan wonen, maar in Knysna geldt dit niet. Ook is er in deze township geen gangs. De meeste mensen hebben een baan in Knysna in de toeristen sector. Ze vinden het leuk als toeristen komen, het is voor hun een inkomsten, want er wordt geld betaald om binnen te komen. Een soort van entreegeld, en ze zijn trots om te laten zien waar ze wonen. Er hangt een vrolijke sfeer. We zien een aantal ‘mannen’ terugkomen van hun manwordingsritueel voor de xhosa mensen, deze mannen blijven een aantal weken in het bos onder begeleiding van een volwassenen en daarbij worden ze ook besneden zonder enige verdoving. Wanneer ze hiervan genezen zijn lopen ze naar huis, en daar zien we vele feesten met braai (bbq) die georganiseerd worden voor deze jongens. Vanaf het moment dat we aankwamen, kwamen er allemaal kinderen aangerend die onze handen wilden vasthouden, door onze haren streken en die het erg leuk vonden om gefotografeerd te worden om vervolgens de foto te bekijken. De huizen waren niet erg groot, maar er was veel verschil. Er waren ‘krotten’ maar er stonden ook huizen . De regering heeft deze mensen huizen gegeven, en toch komen er dan telkens mensen bijwonen die dan omdat ze niks hebben een krot bouwen. Er zijn 6 winkels met een uithangbord, de rest van de ‘winkels’, bijvoorbeeld een schoenmaker zit gewoon in een huis en dat ontdek je dan pas als je er woont. Er zitten scholen, restaurants, bars, supermarktjes, kappers in dit township. Wat me het meeste is bijgebleven, zijn de kinderen die allemaal vrolijk kwamen aanrennen, en waarmee we een beetje in het Afrikaans hebben gepraat. De twee woorden in xhosa die ik heb geleerd zijn momo (ofzo, betekend hoi) en nkos (ofzo betekend dankjewel). We hebben een heel rondje met ons busje door de township gereden, nadat we er hebben rondgelopen, en er zijn ook meerdere projecten om de kinderen te stimuleren naar school te gaan en om de weeskinderen op te vangen. Iedereen zwaaide heel vrolijk naar ons, en ze kenden onze gids ook goed, en leken erg op hem gesteld. De mensen liepen erg vrolijk op straat samen met de vele honden en koeien die er rondliepen. Die koeien moet een man geven aan de familie van de vrouw die hij wil trouwen. Na deze indrukwekkende tour, zijn we met de 2 nederlanders bij de waterfront vis gaan eten.

Ik schrijf dit superlange verhaal in Nature’s valley, we zitten hier in een soort hippie hostel. Met mensen met dreadlocks en wijde kleren. En frisdrank doen ze niet aan hier.

We hebben net lekker gegeten in het hostel. Dit is weer een enorm stuk grond midden in tsitsikamma national park, we moesten ook over een zandweggetjte rijden om er te komen. Het ligt erg mooi, met uitzicht op het bos overal en dierengeluiden overal. Erg genieten dus! We hebben vandaag een hike gedaan naar een waterval, daarna hebben gehiked naar een 1000 jaar oude en dus erg dikke boom. Daarna naar het strand gereden, dit is echt een leuke weg om te rijden, met mooie uitzichten en heel veel (scherpe) bochten. Het strand was mooi, met rotsen en lekker rustig. Eerst hebben we wat schelpen geraapt en daarna hebben we over de rotsen geklommen totdat we niet verder konden. Wat bleek, bij alledrie de hikes zijn we verkeerd gelopen en bij de laatste hebben we onze bestemming niet gevonden bij de drie andere hikes wel.

Het gaat erg goed hier in Zuid-Afrika, het leven bevalt me hier wel, de mensen zijn erg leuk, we doen veel leuke dingen, het rijden is leuk! En het weer is heerlijk, zo lekker warm! De auto is er iets minder op geworden, we hebben al een deuk en meerdere krassen en we zijn geflitst! Morgen gaan we naar Storms River mouth, hier is de hoogste bungeejump ter wereld. Lijkt me leuk (om te zien)!.

liefs